In 2023 heeft de KNWU op verschillende vlakken een structuurwijziging ondergaan. Wijzigingen die de organisatie efficiënter moeten maken en waardoor het wielerlandschap nog beter bediend kan gaan worden. Je kunt hier alles lezen over de opleidingspiramide, het multi-disciplinair opleiden van talenten en de regionale afdelingen. Ook kun je meer vinden over de talentprofielen en talentstatus.
- Opleidingspiramide
- Opleidings- en begeleidingsvisie
- Multi-disciplinaire talentontwikkeling
- KNWU regio's
- Jaarkalenders
- Talentprofielen & talentstatus
- Testlocaties
Op een later moment kun je hier meer informatie vinden over regio teams en de Nationale Opleidingcentra (NOC)
In de loop der jaren zijn er vele wetenschappelijke artikelen en boeken over talent en talentontwikkeling binnen vele verschillende vakgebieden geschreven. Daarnaast is er inmiddels een gigantische hoeveelheid "talent coaches" te vinden en “talent coaching” is een opleiding binnen talloze instituten geworden. Toch blijkt het enorm lastig om het “juiste talent” aan de voordeur middels een enkele test te selecteren. Het testen voor talent is alles behalve sluitend. Het echte werk begint daarna pas, en veel meer al voordat de talententest al begonnen was. Daarnaast bestaat het risico dat het label “talent” afleidt van wat echt belangrijk is: de continue inspanningen leveren die nodig zijn om jezelf verder te ontwikkelen.
Door de jaren heen is de term “talent” ook het mechanisme geworden om buitengewone prestaties te verklaren. Andersom werd het ontbreken van een zekere dosis talent de gemakkelijke verklaring voor minder presteren. Onderzoek toont echter aan dat die buitengewone prestaties het gevolg zijn van een samenspel van verschillende kleine vaardigheden, veelal door vallen en opstaan aangeleerd, zorgvuldig tot gewoonten zijn gemaakt en vervolgens zijn samengevoegd tot een harmonieus geheel. Afgezien van het feit dat al deze vaardigheden consequent en correct worden uitgevoerd, is er niet per se iets “buitengewoons” aan.
Kortom: het is niet zozeer de vraag “aanleg OF opvoeding”, het antwoord schuilt in een combinatie van beiden. Dat geldt zelfs voor zoiets als lichaamslengte: de hoeveelheid en kwaliteit van het voedsel tijdens de groeifase bepaalt mede hoe lang iemand wordt. In de topsport gaat het in dit verband om de aangeboden structuur en kwaliteit van begeleiding. Dit is precies waar de opleidingsstructuur en visie van de KNWU het verschil wil maken: het aanbieden van een leeromgeving die jonge, ambitieuze renners in staat stel zich optimaal te ontwikkelen.
Opleidingspiramide
In de opleidingspiramide staan de clubs aan de basis. Zij zorgen voor enthousiasmering voor deelname aan de wielersport, voor aanwas van nieuwe leden en de eerste stappen in de opleiding van de wielersporter. Een multi-disciplinaire opleiding zal daarbij worden gestimuleerd. Vanaf de nieuwelingen leeftijd is er voor getalenteerde en ambitieuze jonge sporter een plek binnen de eigen KNWU regio, waar extra ondersteunende activiteiten, als aanvulling op het aanbod van de club, zorg dragen voor de volgende stap in de carrière. De regio's hebben professioneel kader en verzorgen een opleiding die past binnen de opleidings- en begeleidingsvisie van de KNWU. Voor de grootste talenten is er een opleiding binnen het Nationale Opleidingscentrum (NOC) voor het wegwielrennen is dit CCNL. Door de bundeling van kennis en kunde van het hoogste niveau, staat er een hoogwaarde opleiding, voorbereidend op een professionele wielersportcarrière.
Een sporttechnische adviesraad bestaande uit alle geledingen van het wielerlandschap, waaronder experts op het gebied van talentontwikkeling, worden twee keer per jaar geïnformeerd door de talentontwikkelingscoaches over de status en het beleid van talentontwikkeling in het land. Deze coaches hebben ook de taak om de regio's aan te sturen en inhoudelijk aan te haken binnen de opleidingsvisie. Nationale selecties voor onder andere kampioenschappen, wereldbekers en nations cup worden voorgedragen en beoordeeld door een onafhankelijke commissie van de KNWU.

Opleidings- en begeleidingsvisie
Het belangrijkste doel van de opleidingspiramide is het bieden van een betere begeleiding en opleiding aan jonge mensen in de wielersport. De opleidingsvisie en begeleidingsvisie van de KNWU is hierbij richtinggevend.
De opleidingsvisie is gericht op de renners/rijders van de toekomst. In een wereld waarin informatie steeds sneller en makkelijker beschikbaar is, is het van essentieel belang dat specifieke vaardigheden worden aangeleerd om deze informatie op de juiste manier te kunnen interpreteren en toe te kunnen passen op de eigen context en omgeving. Daarom staat niet kennis, maar kunde, centraal binnen het opleidingsprogramma. Middels de 7 kernvaardigheden worden sporters klaargestoomd voor de volgende stap in hun carrière
7 kernvaardigheden
- Reflecteren
- Communiceren
- Doelen stellen
- Plannen
- Filteren/focussen
- Doorzettingesvermogen
- Probleemoplossend/aanpassingsvermogen
Iedere vaardigheid is ingedeeld in verschillende niveau's. De atleet en zijn/haar ontwikkeling staan centraal in de route naar presteren en resultaat. Het einddoel is zelf-regulatieve sporters te ontwikkelen die in staat zijn om samen met hun omgeving beslissingen te nemen gericht op ontwikkeling en/of prestaties. Hoe beter de kwaliteit van deze vaardigheden van de renner/renster hoe meer hij/zij uit zijn/haar omgeving kan halen om het maximale uit het eigen potentieel te halen.
De begeleidingsvisie is de basis voor trainers en coaches in de individuele begeleiding van sporters. In deze visie wordt uitgegaan van een holistische benadering. Als begeleider werk je immers met unieke (jonge) mensen en heb je naast de sport-context te maken met onder andere hun sociale en economsiche context.
Het uitgangspunt binnen de begeleiding is te allen tijden de ambitie en het talent van de sporter en zijn/haar wens beter te worden in de uitvoering van de sport. Gekoppeld aan vooraf door de sporter en coach geformuleerde doelstellingen leidt deze ambitie tot intrinsiek gemotiveerd gedrag, maar ook het maken van bijbehorende keuzes en het nemen van verantwoordelijkheid voor deze keuzes door het tonen van discipline in de uitvoering. Uiteindelijk is het de taak van de coach om de sporter in dit leerproces zodanig te begeleiden en te ondersteunen dat hij uiteindelijk zijn eigen gedrag leert sturen en leert te reflecteren op het effect van zijn gedrag en handelen. Coaching is er kortom op gericht de talenten en competenties van de sporters te ontwikkelen.
In de opleiding en begeleiding is het belangrijk om te realiseren dat niet iedere sporter de kwaliteiten en/of behoefte heeft om de allerbeste sporter te worden. Ook voor die groep is, met plezier als basiswaarde, het aanleren van de 7 kernvaardigheden een mooie stap in de algemene ontwikkeling. Sport heeft in dat kader een belangrijke plek binnen de opvoeding.

Multi-disciplinaire talentontwikkeling
Binnen de wielersport kennen we veel verschillende disciplines. Vaak beoefent een sporter één discipline, terwijl het beoefenen van meerdere disciplines (multi-disciplinair) een sporter veel kan brengen. In het kader vertelt Martin Truijens, Hoofd Talentcoach meer over zijn visie rondom multi-disciplinaire talentontwikkeling.
Interview Martin Truijens Hoofd-talentcoach van de KNWU Martin Truijens heeft een rijke geschiedenis in de topsport, maar kwam zonder enige ervaring binnen het wielrennen enkele jaren geleden de wielersport binnen. Gevraagd naar zijn eerste indrukken kwam hij met een aantal interessante constateringen: “Wat opvalt is dat de verschillende wielerdisciplines veelal als aparte sporten worden beoefend en beleefd.” Hier ligt een mooie kans volgens Truijens. “Mijns inziens kunnen de verschillende disciplines een hoop van elkaar leren en kan het beoefenen van verschillende disciplines bijdragen aan een rijkere leeromgeving en daarmee de bredere ontwikkeling van de sporter”. In dit kader zijn atletiek of zwemmen interessante voorbeelden. Binnen de atletiek begint de opleiding via de meerkamp van waaruit de sporter zijn eigen route gaat ontdekken en uiteindelijk zijn/haar grootste passie en specialisatie vindt. Binnen de zwemsport worden alle slagen aangeleerd en beoefend voordat een eventuele specialiteit wordt gevonden. Daarnaast viel Truijens op dat er relatief weinig begeleide trainingsmomenten worden aangeboden binnen de opleiding van jonge sporters in de wielersport. “De meeste verenigingen bieden maximaal twee trainingen per week aan en dit aantal neemt niet/nauwelijks toe naarmate men ouder wordt”. Dit terwijl meer trainingsarbeid zeker noodzakelijk is als men een stapje verder wil komen. De ambitieuze sporter gaat daarom op relatief jonge leeftijd op zoek naar externe trainers, hetgeen niet altijd in goede harmonie gaat met de trainingen op hun club. Isolement dreigt, waardoor plezier afneemt, ontwikkeling uitblijft, en sporters mogelijk vroegtijdig afhaken en verloren gaan voor de sport. Daarnaast valt op dat ook op het gebied van trainingsinhoud veel winst geboekt kan worden. In de ogen van Truijens zou iedere ontwikkelfase moeten voorbereiden op de volgende en dient de trainingsinhoud hierop afgestemd te worden: zowel in termen van kwantiteit (omvang) als kwaliteit (welke vaardigheden zijn nodig om het verschil te maken?). Hier kan (en moet) de KNWU een belangrijke rol spelen. Door kennis vanuit de top van de wielersport (alle disciplines) naar de verschillende ontwikkelfases te vertalen, kan een gedegen opleidingspiramide worden gebouwd waar een iedereen op zijn/haar ontwikkelniveau bediend kan worden.
De noodzaak om anders naar de opleiding binnen de wielersport te gaan kijken, wordt bevestigd door de harde realiteit van teruglopende ledenaantallen bij verenigingen. Daarnaast is het belangrijk dat we ons in dat licht realiseren dat ook de huidige samenleving niet meer dezelfde is als enkele decennia geleden. Reden genoeg om de opleiding binnen de wielersport, zowel de structuur, het trainings- als het wedstrijdaanbod goed te blijven evalueren en in te spelen op de veranderende maatschappij. Truijens is ervan overtuigd dat de wielersport ook de huidige jeugd heel veel heeft te bieden maar constateert ook dat verandering noodzakelijk is. |
De KNWU regio's
De KNWU kent vier regio's (Noord, West, Midden-Oost en Zuid). Binnen elke regio is er een Regiocoach die contact heeft met elke club in de regio. Een belangrijk onderdeel binnen de KNWU-opleidingspiramide wordt gevormd door de regio-coaches. Sinds begin 2025 zijn vijf regiocoaches actief.
De regiocoaches zijn:
Regio | Coach | E-mailadres |
Noord | Jan Dupon | regiocoachnoord@knwu.nl |
Zuid | Twan van Gestel | regiocoachzuid@knwu.nl |
West (Noord-Holland) | Christiaan van Dokkum | regiocoachwestnh@knwu.nl |
West (Zuid-Holland) | Richard Visscher | regiocoachwestzh@knwu.nl |
Midden-Oost | Vacature | regiocoachmiddenoost@knwu.nl |
De belangrijkste taak van de regio-coaches bestaat uit het coördineren van club-overstijgende activiteiten binnen de regio en het promoten van een multidisciplinaire wieleropleiding. Hierbij worden, onder het motto ‘talentontwikkeling doe je samen’, kennis en kunde gebundeld om jonge wielertalenten een optimale ontwikkeling binnen de wielersport te bieden.
Daarnaast zorgen de regio coaches er middels diverse bijeenkomsten voor dat kennis en kunde naar de clubs, trainers en renners worden gebracht. Met de regionale dag van de wielersport wordt een uniek evenement gecreëerd waar de wielersport zich in al haar facetten aan de regio presenteert.
Jaarkalenders
In elke regio worden er regelmatig trainingen georganiseerd. Via de onderstaande knop kun je de planning per regio bekijken.
Aanmelden
Sporters kunnen zich aanmelden voor een training op de jaarkalender door een mail te sturen naar de betreffende coach in jouw regio. De regiotrainingen zijn bedoeld voor nieuwelingen en junioren. In bijzondere gevallen kunnen U23 renners toegevoegd worden aan een regiotraining. Dit ligt ter beoordeling bij de regiocoach.
Sta met je muis rechtsbovenin elk vakje om te bekijken wie de training geeft op welk moment.
Talentprofielen & talentstatus
Voor de talentstatussen hanteren we de volgende uitgangspunten:
- Niemand gaat hoger springen als we de lat laag leggen
- De diverse talentstatussen moeten een sterke connectie hebben met de vereisten van de sport op het allerhoogste niveau
- De beoordeling of iemand een status krijg, of niet, moet zo helder en transparant mogelijk geformuleerd worden middels
- Een heldere prestatiemaat met connectie naar het volgende niveau in de opleidingspiramide
- Een heldere prestatiemaat met connectie bij de KNWU opleidingsvisie
- Erkende bondscoaches hebben in uitzonderlijke gevallen de ruimte af te wijken van deze criteria
Procedure aanvraag talentstatus
- Een sporter die een talentstatus wil aanvragen wordt aangeraden de vereisten voor het aanvragen van een talentstatus goed door te nemen alvorens de aanvraag in te dienen. Daarbij raden we ook aan de aanvraag te overleggen met de trainer/ploegleider van de club. Aanvragen die niet aan de vereisten voldoen worden niet in behandeling genomen.
- Een sporter die een talentstatus aanvraagt zorgt ervoor dat alle vereiste bestanden digitaal worden aangeleverd bij de hoofdcoach talentontwikkeling via martin.truijens@knwu.nl. De vereiste bestanden bestaan uit:
- Wedstrijdresultaten afgelopen seizoen, ingevuld in dit formulier (formulier wordt uiterlijk begin augustus toegevoegd)
- Overzicht Power Profile
- Toegang tot TrainingPeaks
- In dien beschikbaar: resultaten van sportkeuring en/of inspanningstesten
- De hoofdcoach talentontwikkeling van de KNWU beoordeelt de talentaanvragen en maakt in samenspraak met de bondscoaches de definitieve beslissing met betrekking tot het toekennen van de aangevraagde status.
Beoordeling
- Bij de beoordeling van de aanvraag worden alle aangeleverde documenten beoordeeld conform de daarvoor opgestelde criteria. Deze criteria worden jaarlijks herzien op basis van de ontwikkelingen in de sport.
Beoordelingscriteria
Onder het kopje “bijlagen” zijn de beoordelingscriteria van verschillende disciplines te bekijken. Het puntensysteem is een nieuwe toevoeging in de bepaling van de talentstatussen. Het systeem is ontwikkeld in samenwerking met de Rijks-Universiteit Groningen en de bondscoaches KNWU. Aangezien het een nieuw systeem betreft zijn de vermelde puntentotalen een eerste referentie voor het seizoen 2025-2026. Naar aanleiding van de eerste ervaringen zal het systeem verder geoptimaliseerd worden.
Het puntensysteem is te bekijken onder het kopje “bijlagen”. Bij het selecteren van de zes beste uitslagen is het dus belangrijk om goed te kijken naar welke wedstrijden de meeste punten opleveren. Via de tabel is te zien in welke klasse een wedstrijd thuis hoort.
Discipline/Klasse | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 |
Mountainbike |
|
|
|
|
|
Veldrijden |
|
|
|
|
*Bijvoorbeeld: Mechelen, Heerde / Exactcross
Noot Wegwielrennen: Bij de beoordeling van een aanvraag in het wegwielrennen wordt rekening gehouden met het feit dat wegwielrennen een teamsport is. Het niveau waarop de club of regio wedstrijden rijdt, wordt dan ook meegenomen in de beoordeling.
Noot Baanwielrennen: Bij de beoordeling van een aanvraag in het baanwielrennen wordt rekening gehouden met het feit dat sommige onderdelen binnen het baanwielrennen een teamsport betreffen.
Bijlagen
De criteria voor wegwielrennen, baan (duur), BMX Racing en para-cycling worden uiterlijk 1 juli 2025 gepubliceerd.
Testlocaties
In samenwerking met CyclingClassNL probeert de KNWU-wielertalenten voor al haar disciplines in kaart te brengen. Een van de manieren die daarbij worden ingezet, zijn de CyclingClassNL-testlocaties die inmiddels op 7 locaties in het land zijn neergezet.
Middels de scoutings-test wordt een eerste indruk verkregen van iemands fysieke talent en bij herhaalde deelname kan een goede indruk verkregen worden van iemands ontwikkeling. Samen met alle overige informatie (trainingsachtergrond, wedstrijdresultaten, basis motivatie) die bij aanmelding wordt aangeleverd, wordt een rapport opgesteld en worden eventuele vervolgstappen in kaart gebracht.
Het is momenteel mogelijk om op 7 locaties in Nederland een test te doen.
- Eindhoven (TeamNL Centrum BrabantSport)
- Goes (SportZeeland)
- Nijkerk (Ben de Ruiter Tweewielers)
- Roden (Century - Velodroom)
- Sittard (Watersley Sports & Talentpark)
- Spijkenisse (Gelderblom Performance Centre)
- Zwolle (Krachtcentrale)
Aanmelden voor een test kan via de website van CCNL.
